Snijbonen en spekbonen telen tips

Snijbonen en spekbonen worden vaak door elkaar gehaald, wij leggen daarom graag het verschil aan je uit. Officieel spreek je van stok- of stamsnijbonen, en stok- of stamslabonen. De dikste stokslabonen worden in de volksmond ook wel ‘spekbonen’ genoemd. Wij kunnen ons de verwarring dus best wel voorstellen, maar toch zijn er een aantal duidelijke verschillen tussen de twee. De spekboon heeft niet de brede platte peul die voor de snijboon juist zo kenmerkend is. De spekboon is eigenlijk een vlezige variant van de sperzieboon. Wil je zelf snijbonen en/of spekbonen telen? Lees dan onze tips.

> Bestel nu biologische snijboon zaden
> Bestel nu biologische spekboon zaden
 

Zaaien en planten

Bij het zaaien van snijbonen of spekbonen moet je rekening houden met het specifieke ras, en of dit stok- of stambonen zijn. Ga je bijvoorbeeld de stoksnijboon ‘Helda’ zaaien, dan doe je dat tussen half mei en begin juli. Kies je voor de spekboon ‘Neckargold’, dan zaai je tussen half mei en half juni. Je zaait zo’n 4-5 bonen per stok, op een afstand van 75x75 cm. Voorzaaien is ook een optie; zaai dan 4-5 bonen per potje en plant deze vervolgens uit bij een stok of draad. Houd met stokbonen rekening mee dat je de planten in het begin soms een beetje moet helpen door ze om de stok heen te draaien. Daarna zal de boon zelf verder klimmen.

Standplaats

Ga je snijbonen of spekbonen telen, dan kies je een zonnige standplaats. Heb je een zand- of kleigrond dan is dat prima, maar als de grond te zuur is, zal je wat kalk moeten strooien. De grond moet warm zijn, en niet te nat. Een natte zomer zal dan ook nadelig zijn voor je uiteindelijke opbrengst.

Voeding

Voordat je de zaailingen plant, kun je de grond wat bewerken met rijpe compost en een beetje algemene moestuinvoeding. Geef stokbonen iets meer voeding dan stambonen: die worden groter, hoger en geven meer opbrengst. De meeste vlinderbloemigen leggen – in samenwerking met bacteriën die rond de wortels leven – stikstof uit de lucht vast in wortelknobbeltjes, maar het effect van deze wortelknobbeltjes op het stikstofgehalte in de bodem is bij snij- en spekbonen relatief beperkt. Daarnaast komt het merendeel van deze stikstof pas vrij ná de teelt, als de bonenplanten afgestorven zijn.

Verzorging

Voor snijbonen geldt dat het verstandig is om zo’n twee keer per week door te plukken en de te dikke bonen te verwijderen. Als je dit doet, bevorder je de groei en heb je straks een grotere opbrengst.

Ziektes en plagen

Zorg er vooral voor dat je het onkruid zo goed mogelijk kapot schoffelt.

Oogsten

Snij- en spekbonen pluk je als ze jong en mals zijn. In de zomer pluk je sowieso twee keer per week. De bonen die je geoogst hebt kun je een paar dagen in de koelkast bewaren, maar het is natuurlijk het lekkerst als je ze direct dezelfde dag eet.

Heerlijke recepten

Snijbonen en spekbonen kun je prima eten in combinatie met aardappelen en vlees, maar ook in salades zijn ze goed te verwerken mits ze niet rauw zijn. Wij geven je graag wat extra inspiratie: macaronisalade met spekbonen en risotto met snijbonen.

Snij- en spekbonen zaden bestellen

Kun je niet wachten om te beginnen met het zaaien van snijbonen of spekbonen? Plaats je bestelling dan vandaag nog eenvoudig online in onze webshop. Binnen 1 tot 2 werkdagen kun je de zaden thuis verwachten. Voor vragen kun je altijd contact opnemen met onze klantenservice.